Vestigingsplaats

Zeist

Doel   

Voor de inwoners van regio Utrecht en toekomstige generaties werkt de GGDrU - samen met anderen - aan een samenleving die gericht is op gezond en veilig leven, waarin iedereen uitgenodigd wordt om mee te doen en gezonde keuzes te maken en waarin gezondheidsbedreigingen alert gesignaleerd worden.
De GGDrU is belast met de uitvoering van de wettelijke taken op het terrein van de openbare gezondheidszorg voor 26 gemeenten in de provincie Utrecht. De belangrijkste taak van de regionale gezondheidsdienst is het voorkomen van ziekten en het bevorderen van gezond gedrag en een gezonde leefomgeving.
De zorg is gebaseerd op de Wet publieke gezondheid (Wpg). De GGDrU voert voor Houten enkele wettelijke taken uit, zoals Jeugdgezondheidszorg (JGZ, 0-18 jaar),  infectieziektebestrijding, tbc-bestrijding, medische milieukundige zorg, technische hygiëne-zorg, seksuele gezondheid en inspecties kinderopvang. Daarnaast vraagt Houten inzet aan de GGDrU voor de uitvoering van onder meer forensische zorg, reizigersvaccinaties en het Rijksvaccinatieprogramma.

Programma   

Samen leven

Deelnemende partijen

26 gemeenten: Amersfoort, Baarn, Bunnik, Bunschoten, De Bilt, Eemnes, Houten, Leusden, Lopik, Montfoort, Nieuwegein, Oudewater, Renswoude, Rhenen, De Ronde Venen, Soest, Stichtse Vecht, Veenendaal, Vianen*, Wijk bij Duurstede, Woerden, Woudenberg, IJsselstein, Utrechtse Heuvelrug, Utrecht en Zeist.

*Met ingang van 2019 vormen de gemeenten Leerdam, Vianen en Zederik samen de nieuwe gemeente Vijfheerenlanden.

Openbaar belang dat wordt behartigd

De GGDrU levert een bijdrage aan het deelprogramma Sport en gezondheid uit de begroting. Hierin richt het product gezondheidszorg zich enerzijds op het ondersteunen van kwetsbare mensen, anderzijds op het voorkomen van problemen door gerichte preventie. Het deelprogramma sluit aan bij één van de hoofddoelen van de Wmo zoals dit in het visie-document is geformuleerd: inwoners zijn in staat, door ondersteuning en begeleiding, zo volledig mogelijk en zo zelfstandig mogelijk, deel te nemen aan de maatschappij. De verschillende transities hebben ertoe geleid dat gemeenten meer taken en bevoegdheden hebben gekregen als het gaat om de zorg voor kwetsbare burgers. Gelet op bezuinigingen, de transities en het beroep op eigen verantwoordelijkheid, is investeren in preventie, waarbij inwoners zo lang mogelijk gezond en zelfstandig thuis kunnen (blijven) wonen noodzakelijk. Op basis van onderzoek van GGDrU richt Houten zich op de thema’s psychosociale gezondheid, gezond gewicht en bewegen en preventie ten aanzien van het gebruik van genotmiddelen. Veel informatie is te vinden in de gezondheidsatlas www.ggdatlas.nl.

Ontwikkelingen 2018

Op dit moment wordt een nieuw digitaal dossier gebouwd voor de jeugdgezondheidszorg, dat in 2019 in gebruik wordt genomen. De systematiek zal vervolgens GGDrU-breed ingezet worden. Het nieuwe digitaal dossier zal het werk efficiënter maken en biedt inwoners toegang tot onderdelen ervan.

Door de groei van GGDrU de afgelopen jaren bleek de beschikbare kwaliteit en capaciteit niet meer toereikend om aan de wettelijke en bij deze tijd horende vereisten te voldoen. Met het traject ‘De basis op orde’ is de afgelopen jaren al een aantal investeringen gedaan om de bedrijfsvoering te versterken en in de komende jaren zal dit verder worden gecontinueerd. Tot nu toe weet GGDrU de interne ombuigingen binnen de bestaande begroting op te vangen.

Beleidsverantwoording 2018

In 2018 is gewerkt aan de bestuursagenda 2019-2023 van GGDrU, die in januari 2019 is vastgesteld door het Algemeen Bestuur. In overleg met gemeenten (zowel bestuurlijk als ambtelijk) zijn thema’s bepaald die de komende jaren de focus krijgen:

• Kansrijke start
• Gezonde leefomgeving
• Langer gezond thuis
• Eigentijds besturen

Bestuurlijk belang

Het bestuur van de GGDrU bestaat uit het algemeen bestuur, het dagelijks bestuur en de voorzitter. Tot het bestuur van de GGDrU behoren ook bestuurscommissies en de adviescommissie ’Financiën en Bedrijfsvoering’. De gemeente Houten is vertegenwoordigd in het algemeen bestuur en in de bestuurscommissie met 1 zetel en 3 stemmen. Het college van B & W heeft besloten voor beide gremia de portefeuillehouder gezondheidsbeleid af te vaardigen. Daarnaast zijn er regionale adviescommissies. De gemeenten in Lekstroom hebben besloten om het bestuurlijk platform van het sociaal domein hiervoor te benutten.

Financieel belang 2018

In de begrotingswijziging 2018-2 heeft de GGDrU voor Houten het volgende opgenomen (totaal € 1.671.122):
Basistaken: € 324.841
Intensivering basistaken: € 2.796
Basistaken – plus : € 1.253.769
Maatwerk: € 146.799

Eigen vermogen begin en einde boekjaar 2018

Begin boekjaar: € 2.755.522
Einde boekjaar: € 3.517.266 (*)

Vreemd vermogen begin en einde boekjaar 2018

Begin boekjaar: € 11.822.885
Einde boekjaar: € 13.154.917 (*)

Financieel resultaat 2018 (saldo van baten en lasten)

Saldo van baten en lasten: € 762.000 (*)
Resultaat (na mutaties reserves): € 1.218.565 (*)

Verwacht financieel resultaat 2019 (saldo van baten en lasten)

Saldo van baten en lasten -/- € 512.000
Geraamd resultaat (na mutaties reserves) € 0

Risico’s

In 2017 is GGDrU gestart met een zogenaamd ‘ombuigingsplan’: noodzakelijke investeringen in de organisatie om een flink aantal kwetsbaarheden op te heffen en de basis van de bedrijfsvoering op orde te krijgen. Daarbij is gekeken naar dekkingsmogelijkheden van deze investeringen binnen de eigen begroting van de GGDrU. Sindsdien heeft de GGDrU vastgesteld dat de ombuiging vooralsnog binnen de bestaande middelen van GGDrU kan plaatsvinden, maar dat rode draad wel blijft dat er daardoor geen ruimte in de exploitatie is om tegenvallers op te vangen. De gemeente Houten heeft er op aangedrongen om een eventueel verzoek tot noodzakelijke verhoging van de gemeentelijke bijdragen in ieder geval tijdig en helder te communiceren.

Overige relevante gegevens

Vestigingsplaats

Soest

Doel   

De AVU werkt samen met en in opdracht van de Utrechtse gemeenten aan de verbetering van het milieu met betrekking tot afval. Daarbij wordt gestreefd naar het bereiken van een zo gunstig mogelijk effect, tegen zo laag mogelijke kosten. Namens de gemeenten zorgt de AVU voor de regie van het door de inwoners van de provincie Utrecht aangeboden huishoudelijk afval (dus geen afval van bedrijven). De AVU doet dit door de organisatie en de regeling van transport, overslag, bewerking en verwerking van de grootste huishoudelijke afvalstromen.

Programma   

Duurzame leefomgeving

Deelnemende partijen

De gemeenten Amersfoort, Baarn, Bunnik, Bunschoten, de Bilt, De Ronde Venen, Eemnes, Houten, Leusden, Lopik, Montfoort, Nieuwegein, Oudewater, Renswoude, Rhenen, Soest, Stichtse Vecht, Utrecht, Utrechtse Heuvelrug, Veenendaal, Vianen, Woerden, Woudenberg, Wijk bij Duurstede, IJsselstein en Zeist.

Openbaar belang dat wordt behartigd

De AVU bundelt de deskundigheid van de aangesloten gemeenten, waardoor er voor beleid en uitvoering een platform met veel (plaatselijke) kennis beschikbaar is. Door inzameling en verwerking van huishoudelijk afval gezamenlijk aan te besteden worden dankzij grote hoeveelheden in de regel gunstige tarieven verkregen.

Ontwikkelingen 2018

In 2018 is en nieuw contract voor de inzameling en verwerking van oud papier in werking getreden. Hierdoor zijn de inzamelkosten van papier hoger dan begroot. De opbrengst voor het oud papier is ook hoger dan begroot, maar niet genoeg om het verschil in de inzamelkosten geheel te dekken.

Beleidsverantwoording 2018

In 2018 heeft de AVU de gemeenten begeleid die geen of gezamenlijke inzameldienst hebben, bij de Europese aanbesteding voor de huis aan huis inzameling van huishoudelijk afval. In 2018 zou worden bekeken of het contract voor het verwerken van het verpakkingsafval (PMD) moest worden aangepast, naar aanleiding van de landelijke evaluatie van de Raamovereenkomst verpakkingen. Omdat het Rijk, de VNG en Nedvang (de verpakkingsindustrie) nog geen overeenstemming hebben over een nieuwe Raamovereenkomst, is de eventuele aanpassing van het contract ook uitgesteld.

Bestuurlijk belang

Het algemeen bestuur bestaat uit twee leden uit de gemeente Utrecht, te benoemen door de gemeenteraad en één deelnemer per overige gemeente. De portefeuillehouder Duurzaamheid is namens de gemeente Houten lid van het algemeen bestuur van de AVU.

Financieel belang 2018

De bijdragen van de gemeenten worden hoofdzakelijk bepaald door het aantal ton afval dat via de AVU (contracten) wordt aangeboden bij de verwerkers. De Houtense bijdrage voor 2018 was geraamd op € 995.805 bij 49.575 inwoners, oftewel ofwel € 20,09 per inwoner. De Houtense bijdrage was berekend op de oude wijze van afval inzamelen.
Omdat Houten een andere manier van afval inzamelen heeft ingevoerd in 2018 (PMD-kliko, aanrechtbakje en minder vaak restafval inzamelen), is de hoeveelheid restafval uit Houten fors afgenomen en zijn hoeveelhe-den GFT en verpakkingen (PMD) fors toegenomen. Aan het eind van het jaar vindt een afrekening plaats op basis van de daadwerkelijk afgevoer-de hoeveelheden. Bij een betere afvalscheiding zal Houten geld terug krijgen. Bij forse afwijkingen in een jaar, zullen de voorschotnota's al tijdens het jaar worden bijgesteld. Daarmee wordt voorkomen dat bewoners pas veel later het financiële voordeel van beter afvalscheiden merken.

Eigen vermogen begin en einde boekjaar 2018

Begin boekjaar: € 539.283
Einde boekjaar: € 734.209 (*)

Vreemd vermogen begin en einde boekjaar 2018

Begin boekjaar: € 14.911.578
Einde boekjaar: € 13.665.896 (*)

Financieel resultaat 2018 (saldo van baten en lasten)

€ 216.076, gerealiseerd resultaat € 159.916 (*)

Verwacht financieel resultaat 2019 (saldo van baten en lasten)

€ 0

Risico’s

Statutair is vastgelegd dat de AVU zelf geen bestemmingsreserve of voorzieningen opbouwt. Kosten en opbrengsten worden één op één doorberekend aan deelnemende gemeenten. Als deelnemende gemeenten zelf een mogelijk financieel risico willen opnemen in de risicoparagraaf van hun begroting kan een bedrag worden aangehouden van € 17 / ton huishoudelijk restafval. Voor Houten zou dat gaan om een bedrag van circa € 131.000. Omdat de verwerkingscontracten langlopende contracten zijn met een bekende indexering, kunnen tarieven eigenlijk geen onverwachte tegenvallers opleveren. Wel kunnen tegenvallers ontstaan door nieuw Rijksbeleid, met name op belastinggebied, zoals onlangs is gebeurd met een verhoging van de verbrandingsbelasting, die door de AVU via een begrotingswijziging aan de gemeenten is doorgerekend.

Overige relevante gegevens

-

Vestigingsplaats

Utrecht

Doel   

Het recreatieschap de Stichtse Groenlanden is belast met de ontwikkeling, het beheer en het onderhoud van de diverse dagrecreatieterreinen. Daarnaast houdt het recreatieschap zich bezig met aanleg en beheer van recreatieve routes en routenetwerken voor wandelen, fietsen, paardrijden en kanovaren.

Programma   

Duurzame leefomgeving

Deelnemende partijen

De gemeenten: Houten, Utrecht, Lopik, De Bilt, Nieuwegein, Woerden, IJsselstein, Stichtse Vecht, De Ronde Venen en de provincie Utrecht.

Openbaar belang dat wordt behartigd

Het ontwikkelen en beheren van recreatievoorzieningen draagt bij aan de leefbaarheid van de gemeente Houten en de Utrechtse stadsregio.

Ontwikkelingen 2018

• In 2018 is de realisatie van het wandelroutenetwerk met knooppunten in de Kromme Rijnstreek voorbereid.
• Er is verder gewerkt aan de ontwikkeling van het recreatief knooppunt ’t Waal.
• Recreatieschap is met de gemeenten Houten, Utrecht en Nieuwegein en de provincie in gesprek gegaan over een gezamenlijk gebiedsaanpak voor gebied Laagraven. Dit gebeurt mede in relatie tot de beoogde ontwikkeling van het recreatiegebied Heemstede-Noord en de recreatieve ontwikkeling van de Nieuwe Hollandse Waterlinie.

Beleidsverantwoording 2018

De gemeente is nauw betrokken geweest bij de bovenstaande drie ontwikkelingen die hebben plaatsgevonden in 2018.

Bestuurlijk belang

De gemeente Houten heeft twee leden in het Algemeen Bestuur. Wethouder  Geerdes is voorzitter van het dagelijks en algemeen bestuur.

Financieel belang 2018

€ 3,40 per inwoner. Dit betekent een totaalbijdrage van € 165.400.

Eigen vermogen begin en einde boekjaar 2017

Begin boekjaar: € 5.895.000
Einde boekjaar:  € 5.712.100

Vreemd vermogen begin en einde boekjaar 2017

Begin boekjaar: € 3.887.300
Einde boekjaar:  € 4.432.900

Financieel resultaat 2017 (saldo van baten en lasten)

Saldo van baten en lasten  € 183.000 negatief
Gerealiseerd resultaat (na mutaties reserves)  € 73.300 positief

Eigen vermogen begin en einde boekjaar 2018

Begin boekjaar: € 5.712.100
Einde boekjaar:  € nnb omdat er nog geen jaarrekening 2018 is.

Vreemd vermogen begin en einde boekjaar 2018

Begin boekjaar: € 4.432.900
Einde boekjaar:  € nnb omdat er nog geen jaarrekening 2018 is.

Financieel resultaat 2018 (saldo van baten en lasten)

Saldo van baten en lasten  € nnb omdat er nog geen jaarrekening 2018 is.
Gerealiseerd resultaat (na mutaties reserves)  € nnb omdat er nog geen jaarrekening 2018 is.

Verwacht financieel resultaat 2019 (saldo van baten en lasten)

Saldo van baten en lasten € 109.600 positief
Geraamd resultaat (na mutaties reserves) € 58.500 positief

Risico’s

In 2017 bleek de meerjarenbegroting 2018-2021 van het recreatieschap niet sluitend. Daardoor stond het recreatieschap in 2018 onder preventief financieel toezicht. Eind 2018 werd duidelijk dat dit preventief financieel toezicht per 1 januari 2019 weer kon worden opgeheven.  

Overige relevante gegevens

n.v.t.

Vestigingsplaats

Utrecht

Doel   

De VRU voert taken uit voor de gemeente Houten conform de Wet veiligheidsregio’s. Dit is opgenomen in de gemeenschappelijke regeling, vastgesteld met de 25 andere gemeenten binnen Veiligheidsregio Utrecht.
Voor de uitvoering van haar wettelijke taken dient de VRU, als onderdeel van een cyclisch proces iedere vier jaar de volgende documenten vast te stellen:

• Regionaal risicoprofiel: bevat een analyse van de risicovolle situaties en daarvan afgeleid de belangrijkste soorten branden, rampen en crises in de regio. Het regionaal risicoprofiel is afgestemd met de risicoprofielen van de buurregio’s en de netwerkpartners. Het risicoprofiel vormt de grondslag voor het beleidsplan.
• Beleidsplan: vormt het (strategisch) beleidskader voor de meerjarige beleidsperiode. In dit plan is richting gegeven aan de ambities van de VRU op het terrein van risicobeheersing, crisisbeheersing en brand-weerzorg.
• Een regionaal crisisplan: het crisisplan is in de plaats gekomen van het gemeentelijke rampenplan. Het crisisplan beschrijft de algemene organisatie van rampenbestrijding en crisisbeheersing in de veiligheidsregio. In het crisisplan zijn de taken, bevoegdheden, verantwoordelijkheden en afspraken over de randvoorwaarden, melding en alarmering, opschaling, gezag en informatievoorziening opgenomen.

Programma   

Veilige leefomgeving

Deelnemende partijen

De 26 Utrechtse gemeenten: Amersfoort, Baarn, Bunnik, Bunschoten, De Bilt, De Ronde Venen, Eemnes, Houten, Leusden, Lopik, Montfoort, Nieuwegein, Oudewater, Renswoude, Rhenen, Soest, Stichtse Vecht, Utrecht, Utrechtse Heuvelrug, Veenendaal, Vianen, Woerden, Woudenberg, Wijk bij Duurstede, IJsselstein en Zeist.

Openbaar belang dat wordt behartigd

Het zorgdragen voor en daar waar het kan verhogen van een (fysiek) veiligheidszorgniveau. Dit richt zich op activiteiten rondom de thema’s: externe veiligheid, brandveiligheid & brandweerzorg, geneeskundige hulpverlening en crisisbeheersing.

Ontwikkelingen 2018

Voorbereiden op intreding gemeente Vijfheerenlanden.
Opstellen nieuw regionaal risicoprofiel ter voorbereiding op het nieuwe beleidsplan 2020-2023.

Beleidsverantwoording 2018

Programma Risicobeheersing

• Door de toename van adviesaanvragen bouw- en toezichtbezoeken realisatie bouw was minder capaciteit beschikbaar voor het uitvoeren van controles in de bestaande bouw.
• Over heel 2018 heeft in 15% van de gevallen een hercontrole

plaatsgevonden. De raming was dat in 20% van de gevallen een
hercontrole nodig was. Daarmee kan gesteld worden dat het
naleefgedrag boven verwachting is, namelijk 85% in plaats van de
verwachte 80%.

• Een nieuw regionaal risicoprofiel is opgesteld.
  

Programma Crisisbeheersing

• Piketfunctionarissen van de VRU (niet GHOR) zijn aantoonbaar opgeleid en taakcapabel.
• Het verplichte en afgesproken aantal ramp- en incidentbestrijdings-plannen (RBP en IBP) is actueel en bekend bij belanghebbenden.

Programma GHOR

• Piketfunctionarissen van de GHOR zijn aantoonbaar opgeleid en taakcapabel.
• Alle zorginstellingen zijn opgenomen in het operationele systeem van de GHOR.
• Problematiek in de spoedzorgketen en zorgcontinuïteit: Door beperkte beddencapaciteit en frequente congestie in de spoedzorgketen ontstaat er een risico dat bij calamiteiten er onvoldoende behandelcapaciteit is in de regio. Enerzijds wordt dit veroorzaakt door personeelstekorten in de zorg. Anderzijds ligt dit in de trend dat ouderen steeds langer thuis blijven wonen. Als gevolg van beperkte capaciteit bij verpleeghuizen, wordt structureel en langer beroep gedaan op beschikbare ziekenhuis-capaciteit.
  

Programma Brandweerrepressie

• Het aantal is ten opzichte van 2017 toegenomen (+ 600 uitrukken). Dit is voor een deel te verklaren door de extreem droge zomer, waardoor de brandweer veel uit moest rukken voor berm- en natuurbranden. Daarnaast raasde er in het begin van het jaar een grote storm over de provincie, waardoor er erg veel uitrukken zijn geweest in verband met stormschades.
• Het percentage uitrukken dat conform de eisen van het dekkingsplan is uitgevoerd bedraagt 78% (dekkingspercentage). Dat betekent dat op regionaal niveau de brandweer in bijna 8 van de 10 gevallen binnen de bestuurlijk vastgestelde tijdnorm (de VRU-meettijd) arriveert. Dat percentage is wat lager dan in het dekkingsplan is opgenomen. Op basis van het dekkingsplan zou de brandweer in 9 van de 10 gevallen op tijd moeten arriveren. Deze afwijking was ook in 2016 en 2017 zichtbaar. Oorzaken voor het niet behalen van deze norm liggen onder andere in het feit dat de realisatie van drie bepalende factoren, te weten gemiddelde verwerkingstijd van de meldkamer, uitruktijd van het eerste voertuig en de rijtijd naar de brand, in de praktijk anders kunnen zijn dan op basis van het theoretische model verwacht wordt.

Bestuurlijk belang

Het algemeen bestuur van de Veiligheidsregio Utrecht bestaat uit de
burgemeesters van de 26 Utrechtse gemeenten.

Financieel belang 2018

De bijdrage voor 2017 bedraagt € 2.078.000 (inclusief MKA)^[1].

Eigen vermogen begin en einde boekjaar 2018

Begin boekjaar: €   6.943.000
Einde boekjaar: €   9.684.000 (*)

Vreemd vermogen begin en einde boekjaar 2018

Begin boekjaar: € 30.041.000
Einde boekjaar: € 48.521.000 (*)

Financieel resultaat 2018 (saldo van baten en lasten)

Saldo van baten en lasten: € 2.741.000 (*)
Resultaat (na mutaties reserves): € 1.694.000 (*)

Verwacht financieel resultaat 2019 (saldo van baten en lasten)

Saldo van baten en lasten € 879.000 negatief
Geraamd resultaat (na mutaties reserves) € 0

Risico’s

Openbaar Meldsysteem
Diverse ontwikkelingen maken op termijn een andere inrichting van het OMS-stelsel noodzakelijk. Het toekomst-vast herinrichten van het OMS-systeem dient fasegewijs binnen de kaders van wet- en regelgeving plaats te vinden middels een zorgvuldige transitie, ook richting de burgers die al jaren gebruik maken van de OMS dienstverlening. Veiligheid en continuïteit met betrekking tot de uitvoering van de kerntaken dient steeds zo goed mogelijk gewaarborgd te worden. Het financiële risico bestaat uit het op termijn wegvallen van de OMS-opbrengsten als een algemeen dekkingsmiddel.

Wet Normalisering Rechtspositie Ambtenaren
Het wetsvoorstel normalisering rechtspositie ambtenaren is op 8 november 2016 door de Eerste Kamer aangenomen. Het financiële effect is op dit moment nog niet bekend. Mogelijk dat op termijn sprake is van een aanpassing van de loonkosten, maar ook eventuele frictiekosten kunnen zich voordoen.

Overige (onvoorziene) exploitatierisico’s
Naast het wegvallen van baten kan de veiligheidsregio worden geconfronteerd met onvoorziene kosten binnen het begrotingsjaar als gevolg van exogene ontwikkelingen (zoals premiestijgingen, claims, kostenfluctuaties die samenhan-gen met incidenten en crises). In de begroting van de VRU zijn geen posten voor onvoorziene uitgaven opgenomen.

Overige relevante gegevens

Niet van toepassing

Vestigingsplaats

Nieuwegein

Doel   

Uitvoering geven aan de Participatiewet en aanverwante regelgeving op het terrein van sociale zekerheid

Programma   

Samen leven

Deelnemende partijen

Lekstroomgemeenten Houten, Vianen, IJsselstein, Nieuwegein en Lopik

Openbaar belang dat wordt behartigd

WIL verleent de dienstverlening op het terrein van de Participatiewet (voor-heen Wet werk en bijstand). Die dienstverlening omvat bijstandsverlening, re-integratie, werkgeversdienstverlening, inkomensondersteuning en schuldhulp-verlening. WIL heeft een belangrijke rol als het gaat om beleidsvoorbereiding. WIL vertegenwoordigt de Lekstroom-gemeenten in de arbeidsmarktregio Utrecht-Midden, waar de gemeente Utrecht centrumgemeente van is.  

Ontwikkelingen 2018

WIL heeft in 2018 met een aantal belangrijke ontwikkelingen te maken gehad. De gemeenten IJsselstein, Nieuwegein, Vianen en Lopik hadden hun SW-organisatie PAUW in WIL laten invlechten. Ook Stichtse Vecht en Ronde Venen hadden als gemeente hun WSW belegd binnen PAUW en dit deel is ook belegd bij WIL.

Daarnaast is er de herindeling van Vianen in gemeente Vijfheerenlanden en betekende dit dat een uitvoeringsarrangement voor Vianen moest worden georganiseerd, omdat Vianen per 1 januari 2020 wil uittreden.

Tevens waren de gemeenten bezig met het aanbieden van dienstverlening dichterbij de klant. Door middel van lokale werkteams kon door WIL dienstverlening in de eigen gemeente worden aangeboden (WIL 2.0). Daarnaast is er een proces gestart rondom herijking van de opdracht aan WIL (WIL 3.0). Dit in verband met de transformatie in het Sociaal domein en dat er goed gekeken moet worden hoe dit bij/met WIL vormgegeven wordt.

Beleidsverantwoording 2018

WIL is in 2018 bezig geweest om dichterbij de leefwereld van de klant beleid uit te voeren. Door de aantrekkende economie is het klantenbestand van WIL een bestand geworden met klanten met zwaardere problematiek, er is vaak sprake multi-problematiek. Hierdoor is meer inzet gegaan naar participeren en het in beweging krijgen van klanten in plaats van het snel kunnen plaatsen van klanten zoals de jaren daarvoor. Dit vergde een andere inspanning en andere vormen van trajecten vanuit WIL op het gebied van werk.

Ook binnen de beleidsterreinen van inkomen, schuldhulpverlening en minimaregelingen heeft WIL inspanningen gepleegd om de aanvraag te vergemakkelijken, om de dienstverlening meer toegankelijk te maken en om de klant hierin beter te ondersteunen. Op al deze beleidsterreinen is de beweging geweest om dit meer lokaal vorm te geven, dichterbij de klant.

Bestuurlijk belang

De vijf Lekstroomgemeenten zijn ieder met één bestuurder vertegenwoordigd in het bestuur van WIL. De portefeuillehouder Werk en Inkomen van Houten houdt zich binnen het WIL-bestuur bezig met het thema Transitie WIL en samenspel met gemeenten; inclusief vraagstuk WIL 2.0 en WIL 3.0.
Houten heeft de verordenende bevoegdheid niet overgedragen aan WIL.
Verordeningen worden door het bestuur van WIL als voorgenomen besluit ter vaststelling aangeboden aan de gemeente Houten.

Financieel belang 2018

De bekostiging van WIL bestaat uit drie elementen:

1. Uitvoeringskosten:
De verdeelsleutel van de bijdrage in de uitvoeringskosten is niet gerelateerd aan het aantal inwoners, noch aan het aantal uitkeringsgerechtigden, maar aan het aandeel “Uitkeringsspecificatie gemeentefonds”. In 2018 draagt Houten 21,2% van de uitvoeringskosten van WIL.

2. Re-integratiemiddelen
De beschikbare middelen voor re-integratie/participatie (werkdeel) worden bij elkaar gelegd en ingezet voor de re-integratie van klanten van WIL. Hierbij geldt het uitgangspunt van solidariteit; er wordt niet verantwoord en afgerekend op niveau van klanten/ deelnemers van gemeenten. Dit uitgangspunt is opnieuw ter discussie gesteld en is inmiddels herzien voor 2019. In het proces van  WIL 3.0 worden nieuwe afspraken gemaakt voor 2020 en verder. Tevens kent iedere individuele gemeente een bepaald deel aan lokaal handgeld dat deze kan besteden, dit deel komt voort uit het p-budget.

3. Verstrekkingen
Het risico op het inkomensdeel (bijstandsuitkeringen) en het budget voor minimabeleid en bijzondere bijstand wordt niet gedeeld en blijft bij de gemeenten afzonderlijk.

Eigen vermogen begin en einde boekjaar 2018

Begin boekjaar: € 0
Einde boekjaar: € 0

Vreemd vermogen begin en einde boekjaar 2018

Begin boekjaar: € 4.833.822
Einde boekjaar: € 3.924.119

Financieel resultaat 2018 (saldo van baten en lasten)

€ 0

Verwacht financieel resultaat 2019 (saldo van baten en lasten)

€ 0

Risico’s

WIL kent een hoog percentage ziekteverzuim. Dit blijft een risico voor de organisatie en zorgt voor stijging van de personeelslasten.

Daarnaast is er met de invlechting van PAUW, uittreding van Vianen/VHL een risico op personeel en kosten. In 2018 zijn deze kosten doorbelast voor de betreffende gemeenten.

Tevens is er door het veranderde klantenbestand druk ontstaan op de financiering om daadwerkelijk dienstverlening voor alle klanten te kunnen inzetten.

Overige relevante gegevens

Vestigingsplaats

Wijk bij Duurstede

Doel

Het doel van het RHC Zuidoost Utrecht wordt in artikel 3 van de gemeenschap-pelijke regeling Regionaal Historisch Centrum Zuidoost Utrecht omschreven als:

• Uitvoering geven aan de Archiefwet 1995.
• Alsmede het vervullen van de functie van regionaal kennis- en informatie-centrum op het gebied van de lokale en regionale geschiedenis door het opbouwen en beheren van een zo breed mogelijke collectie (regionaal) historische bronnen en deze op een zo actief mogelijke wijze dienstbaar maken voor een breed publiek.
• De zorg voor het beheer van de in de archiefbewaarplaats berustende archiefbescheiden van de deelnemers, zoals nader omschreven in de Archiefwet 1995.
• Het toezicht op het beheer van de archiefbescheiden van de deelnemers voor zover deze niet zijn overgebracht.
• Het stimuleren van de lokale en regionale geschiedbeoefening en het daartoe aanleggen van de lokale en regionale geschiedenis.

Programma

Duurzame leefomgeving

Deelnemende partijen

Bunnik, Houten, Rhenen, Utrechtse Heuvelrug, Wijk bij Duurstede en Vianen

Openbaar belang dat wordt behartigd

Bovengenoemde taken (zie achter doel) vloeien voort uit de Archiefwet. Deze wet verplicht overheidsinstellingen de archieven in goede, geordende en toegankelijke staat te bewaren. Daarnaast verplicht de Archiefwet overheids-instellingen om archieven die ouder zijn dan 20 jaar en voor blijvende bewaring in aanmerking komen, toegankelijk te maken voor het publiek.
De hoofdtaken van dit samenwerkingsverband op archiefgebied zijn:

• Beheer van de oudere archieven.
• Toezicht en advisering.
• Beheer jongere archieven en
• Dienstverlening met inbegrip van publieksactiviteiten op cultuurhistorisch gebied.

Deze taken vinden hun wettelijke grondslag in de Archiefwet 1995. De bestuurlijke verantwoordelijkheid voor de eigen archieven berustte tot 2006 bij de afzonderlijke gemeenten. Sindsdien ligt de verantwoordelijkheid bij het bestuur van de Gemeenschappelijke regeling RHC Zuidoost Utrecht en worden de wettelijke taken door het RHC uitgevoerd.

Ontwikkelingen 2018

Vijfheerenlanden
De Gemeente Vianen, Leerdam  en Zederik zijn in 2018 opgegaan in de nieuwe gemeente Vijfheerenlanden. Deze nieuw gemeente gaat onderdeel uitmaken van de provincie Utrecht. Zoals het er nu naar uit ziet zal de gemeente Vijfheerenlanden toetreden tot de gemeenschappelijke regeling RHC Zuidoost Utrecht.

E-depot project
Momenteel zijn er geen ontwikkelingen over 2018 te melden.

Project KIDO
Uit het E-depot onderzoek is gebleken dat de aangesloten gemeenten hun eigen informatiehuishouding nog onvoldoende op orde hebben. De gemeente Houten heeft naar de eigen informatiehuishouding een onderzoek laten uitvoeren. Op basis van dit onderzoek werkt Houten aan het verbeteren van de informatie-huishouding. De overige aangesloten gemeenten hebben besloten het voorbeeld van Houten te volgen. Het RHC ondersteunt de verbetertrajecten door middel van het KIDO project. Het RHC ondersteunt de verbetertrajecten door middel van het KIDO project. KIDO staat voor Kwaliteitssysteem Informatiebeheer Decentrale Overheden. Het is een instrument opgesteld door de VNG om gemeenten handvatten te geven om grip te houden op hun (vooral digitale) informatie. Het KIDO project in Houten richt zich in hoofdzaak op het verbeteren van het digitale informatie beheer van de processen bestuurlijke besluitvorming, WABO vergunningen, Sociaal Domein de aanwezige processen in het zaaksysteem. Daarnaast zijn architectuur afspraken (hoe om te gaan met digitale informatie) vastgelegd.

Aanstellen ADI
In 2018 is een adviseur digitale informatie/informatiemanager in dienst getreden bij het RHC. De salariskosten worden de eerste anderhalf jaar gedekt uit de bestemmingsreserve E-depot (begroting RHC). Na 1,5 jaar worden de kosten opgenomen in de begroting van het RHC. De ADI gaat de aangesloten gemeenten adviseren en ondersteunen op het gebied van digitale archivering.

Beleidsverantwoording 2018

Deze vindt plaats via de jaarrekening 2018 van het RHC. Deze jaarrekening wordt in het voorjaar 2019 door de Raad behandeld. Er zijn nu nog geen indicaties op afwijkingen.

Bestuurlijk belang

De burgemeester neemt namens Houten deel aan het Algemeen en Dagelijks bestuur van het RHC.

Financieel belang 2018

€ 173.097

Eigen vermogen begin en einde boekjaar 2018

Begin boekjaar: € 252.000
Einde boekjaar: € 277.000

Vreemd vermogen begin en einde boekjaar 2018

Begin boekjaar: €  88.000
Einde boekjaar: € 289.000

Financieel resultaat 2018 (saldo van baten en lasten)

€ 25.675 positief
(Gerealiseerd resultaat € 48.152 positief)

Verwacht financieel resultaat 2019 (saldo van baten en lasten)

€ 24.879 negatief (gerealiseerd resultaat is € 0)

Risico’s

• Alle personeelsleden zijn in vaste dienst van de gemeente Houten en worden langdurig gedetacheerd bij het RHC. De salariskosten worden volledig door het RHC betaald, behalve voor één medewerkster, waarvan de gemeente Bunnik de helft voor haar rekening neemt. Risico bestaat, dat deze medewerkers “normale” problemen krijgen als langdurige ziekte, niet functioneren etc. Het risico van bijvoorbeeld afkeuring of inzet van hulpverleners ligt dan bij de gemeente Houten. Verder zou de inzet van de Houtense afdeling Personeel & Organisatie incidenteel hoger kunnen blijken te zijn dan de bijdrage die we hiervoor jaarlijks van het RHC ontvangen.
• Omdat het gehele statisch archief van de deelnemende gemeenten op één plaats geconcentreerd wordt, is bij een grote calamiteit (bijvoorbeeld brand) de kans groot dat een belangrijk deel verloren gaat. Gezien de veiligheidseisen rondom de nieuwbouw wordt dit risico zeer laag ingeschat
• Het eventuele uittreden van Vianen of het toetreden van Leerdam en Zederik met Vianen als nieuwe gemeente gaan consequenties hebben. Welke consequenties is nog onbekend en zullen zo spoedig mogelijk aan de deelnemende gemeenten kenbaar moeten worden gemaakt. De kans dat de genoemde gemeenten toetreden is op dit moment aannemelijker dan een uittreding.

Overige relevante gegevens

Vestigingsplaats

Utrecht

Doel   

Uitvoering van vergunningverlenende, toezichthoudende en handhavende taken milieu

Programma   

Duurzame leefomgeving

Deelnemende partijen

Amersfoort, Baarn, Bunschoten, Eemnes, Houten, Leusden, Lopik, Nieuwegein, Soest, Utrecht, Woudenberg en Gedeputeerde Staten van de provincie Utrecht

Openbaar belang dat wordt behartigd

Een gezonde, veilige en duurzame leefomgeving (in het kader van milieu)

Ontwikkelingen 2018

Eerste jaar op nieuwe financieringssystematiek (output).

Beleidsverantwoording 2018

RUD is wat betreft de uit te voeren VTH-taken beleidsarm. Er zijn echter wel bedrijfsmatige aspecten:

• Nieuwe financieringssystematiek is ingevoerd.
• RUD heeft een voorzichtige  start gemaakt naar meer efficiënte en doelgerichte werkwijzen en producten.

Bestuurlijk belang

Het bestuur van de RUD Utrecht bestaat uit een Dagelijks Bestuur (DB) en een Algemeen Bestuur (AB).
Het DB bestaat uit vier wethouders namens de gemeenten en de gedeputeerde namens de provincie. Gemeente Houten maakt deel uit van het DB.
In het AB van de RUD Utrecht zijn alle opdrachtgevers vertegenwoordigd waaronder ook gemeente Houten (1 zetel door wethouder).

Financieel belang 2018

€ 347.503 (jaarafrekening volgt nog)
Waarvan € 204.568 reguliere bijdrage conform DVO
Waarvan € 142.935 aanvullende opdracht  complexe dossiers

Eigen vermogen begin en einde boekjaar 2018

Begin boekjaar: € 612.000
Einde boekjaar: € 1.117.000 (*)

Vreemd vermogen begin en einde boekjaar 2018

Begin boekjaar: € 1.810.000
Einde boekjaar: € 2.262.000 (*)

Financieel resultaat 2018 (saldo van baten en lasten)

Saldo van baten en lasten € 505.000 (*)
Geraamd resultaat (na mutaties reserves) € 615.000 (*)

Verwacht financieel resultaat 2019 (saldo van baten en lasten)

Saldo van baten en lasten € 9.000 positief
Geraamd resultaat (na mutaties reserves) € 48.000 positief

Risico’s

Overige relevante gegevens

Verbetering van samenwerking en kwaliteitsverhoging stonden hoog op de agenda.  Dit traject loopt door in 2019.

Vestigingsplaats

Utrecht

Doel   

Deze gemeenschappelijke regeling heeft tot doel uit overwegingen van kwaliteit, continuïteit en efficiency samen te werken bij de beleidsvoorberei-ding, heffing en invordering van waterschapsbelastingen en gemeentelijke belastingen, evenals bij de uitvoering van de Wet waardering onroerende zaken en het beheer en de uitvoering van vastgoedinformatie.

Programma   

Algemene dekkingsmiddelen

Deelnemende partijen

Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden, De Bilt, Utrecht, Houten, Nieuwegein, Bunnik, Lopik, Zeist en Utrechtse Heuvelrug

Openbaar belang dat wordt behartigd

In het kader van deze regeling worden de belangen van de deelnemers behartigd, elk voor zover het hun grondgebied en hun belangen betreft, op het gebied van:

1. de heffing en invordering van belastingen;
2. de uitvoering van de Wet waardering onroerende zaken, waaronder tevens wordt begrepen de administratie van vastgoedgegevens op basis van die wet én het verstrekken van vastgoedgegevens aan de deelnemers en derden, en
3. basisadministraties en basisregistraties.

Ontwikkelingen 2018

• Automatisering

Clustering ICT-infrastructuur drie belastingkantoren
De (computer) hardware werd eind oktober 2018 verplaatst naar de nieuwe locatie in Gouda. Er zijn reeds verkennende gesprekken met de partners van start gegaan om verdergaande synergie voordelen te kunnen realiseren.
Robotic Process Automation (RPA)
In 2018 is gestart met RPA. De inzet van de zogenoemde “software robot” vraagt meer tijd dan verwacht. Extra kennis en capaciteit is noodzakelijk om dit project tot een succesvol einde te brengen. RPA zien wij nog steeds als een belangrijke “tool” waarmee wij onze bedrijfsprocessen kunnen ondersteu-nen en de handmatige inspanningen kunnen terugdringen. Dit project zal haar vervolg krijgen in 2019.

• Informatie Beveiligingsbeleid

De toenemende afhankelijkheid van informatiesystemen en informatiestromen leidt tot risico’s voor de continuïteit van de dienstverlening van de BghU. Betrouwbare, beschikbare en correcte informatie is cruciaal voor de primaire processen en bedrijfsvoering.
Het informatiebeveiligingsbeleid van de BghU is vastgelegd in het IBP 2016-2017. Met dit beleid is in 2018 ook verdere invulling gegeven aan de algemene verordening gegevensbeschermingAVG- nieuwe Europese privacywetgeving.

• WebGIS

Ter ondersteuning van haar bedrijfsprocessen wordt gebruik gemaakt  van het geografisch kaartlagensysteem WebGIS. Hierdoor is de BghU in staat om integraal kwaliteits- en volledigheidstoetsen uit te voeren.

• Kwaliteitsverbetering/Organisatie-ontwikkeling

Er is in 2018 door de BghU gewerkt om haar dienstverlening verder te verbe-teren. Klanten en burgers/bedrijven vragen hierom. Hierbij valt te denken aan aansluiting bij de Landelijke Voorzieningen als LV-WOZ, LV-BAG, LV BRK, etcetera.

• Verandering in competenties en gedrag

Er is onder andere ingezet op het verbreden van de kennis van medewerkers en het intensiveren van de teamsamenwerking door bijvoorbeeld een teambuilding-dag. Op deze dag is stilgestaan bij het toekomstbeeld van de BghU en de kernkwaliteiten van de medewerker(s). In het najaar 2018 werd hier vervolg aan gegeven door lunchlezingen en separate teamsessies.

• Inzet jongeren

Momenteel is 80% van de medewerkers de leeftijd van 40 jaar gepasseerd. Tijd voor verandering en om de organisatie te “verjongen”. Dit wordt gereali-seerd door jongeren aan te trekken (< 30 jaar) voor met name nieuwe en lopende projecten. Ons startpunt is het aantal stagiaires uit te breiden.
Daarnaast willen wij onderzoeken wat de mogelijkheden zijn voor het opzetten van een traineeship bij de BghU.

• Ouderenbeleid

In 2018 is de vitaliteitsregeling verlengd tot en met 2019. Medewerkers van 60 jaar en ouder kunnen tot en met 2019 van deze regeling gebruik maken. Alleen zijn de condities wel iets versoberd.

Beleidsverantwoording 2018

• Digitale Overheid 2020

De samenleving verandert in hoog tempo, en de manier waarop burgers en overheden met elkaar communiceren verandert mee.

• Relatie tussen BAG-WOZ en BGT

Er is een intensieve samenhang tussen BAG-WOZ. Gemeenten, waterschap-pen en de overige bronhouders van de BGT zijn in de afrondende fase om de opbouw en implementatie van de Basisregistratie Grootschalige Topografie (BGT) te verzorgen.

• Groei aantal deelnemers

Stichtse Vecht gaat per 1-1-2020 toetreden tot de BghU.

Bestuurlijk belang

De gemeente Houten heeft één lid in het bestuur, waarbij dit lid bij besluitvorming 10 stemmen heeft van de 200 (1 januari 2016 na de toetreding van Utrechtse Heuvelrug).

Financieel belang 2018

€ 605.000

Eigen vermogen begin en einde boekjaar 2018

Begin boekjaar: € 566.001
Einde boekjaar: € 346.411

Vreemd vermogen begin en einde boekjaar 2018

Begin boekjaar: €  3.989.519
Einde boekjaar: € 21.921.901

Financieel resultaat 2018 (saldo van baten en lasten)

€ 219.582 negatief
(Gerealiseerd resultaat € 34.831 negatief)

Verwacht financieel resultaat 2019 (saldo van baten en lasten)

€ 0

Risico’s

Hogere uitvoeringskosten door “No Cure No Pay (NCNP)”-organisaties
De huidige werkwijze van de zogeheten NCNP-organisaties zorgen voor een uitdaging/probleem. De BghU heeft dit schriftelijk gemeld bij de VNG en het Ministerie. De BghU wil graag dat er grondig onderzoek word gedaan naar het verdienmodel van dergelijke organisaties. Wij willen zelf actief bijdragen aan dit onderzoek. Het ESBL, wetenschappelijk instituut, heeft ons benaderd om mee te werken aan een onderzoek waarbij zowel de probleemsituatie uiteengezet wordt en waarbij diverse oplossingsrichtingen onderzocht worden.
Om dit probleem op te lossen is een wetswijziging noodzakelijk. Daarnaast wordt hiermee het bestaansrecht van deze NCNP-organisaties mogelijk aangetast. Wij verwachten niet dat deze uitdaging op korte termijn verholpen is.

Overige relevante gegevens

Vestigingsplaats

Den Haag

Doel   

Het aanbieden van financiële diensten op maat, zoals kredietverlening, betalingsverkeer, advisering en elektronisch bankieren voor overheden en instellingen met een maatschappelijk belang, tegen zo laag mogelijke kosten. De strategie van de bank is gericht op het behouden van substantiële markt-aandelen in het maatschappelijk domein en het handhaven van een excellente kredietwaardigheid. Daarnaast streeft zij naar een redelijk rendement voor haar aandeelhouders. Met een balans van meer dan € 150 miljard is BNG Bank de vierde bank van Nederland.

Programma   

Algemene dekkingsmiddelen

Deelnemende partijen

Alle gemeenten en provincies

Openbaar belang dat wordt behartigd

BNG Bank is de bank van en voor overheden en instellingen voor het maat-schappelijk belang. De bank draagt duurzaam bij aan het laag houden van de kosten van maatschappelijke voorzieningen voor de burger.
Alleen overheden, namelijk het Rijk (50%), gemeenten, waterschappen en provincie mogen aandeelhouder zijn van de BNG. Hierdoor kan toezicht gehouden worden op optimale belangenbehartiging voor deze overheden.

Ontwikkelingen 2018

Met ingang van 1 januari 2018 dient BNG Bank haar balans en resultaten-rekening te rapporteren conform de nieuwe standaard voor financiële instrumenten (IFRS 9). Op basis van de huidige inzichten zal de overgang naar de beginbalans conform de nieuwe standaard leiden tot een daling van het eigen vermogen.

Beleidsverantwoording 2018

BNG Bank is intensief betrokken bij de invulling van de doelstellingen van het klimaatakkoord. In het kader van het streven naar uitbreiding van initiatieven op het gebied van duurzaamheid heeft BNG Bank de Maatschappelijk Vastgoed Scan gelanceerd. De online tool geeft klanten van de bank relatief snel een overzicht van de noodzakelijke maatregelen en bijbehorende
kosten om vastgoed te verduurzamen.
Daarnaast onderzoekt BNG Bank in samenwerking met diverse partijen naar mogelijkheden om het maatschappelijk vastgoed in Nederland te verduur-zamen waarbij klanten van de bank zo veel mogelijk ontzorgd worden en wordt gewerkt aan initiatieven voor investeringen die nodig zijn voor het aardgasloos maken van woonwijken.
Tevens is in het eerste kwartaal een eerste lening verstrekt van €10 miljoen aan het door de bank opgerichte Duurzaamheidsfonds. Dit fonds financiert kleinschalige projecten die een bijdrage leveren aan de duurzaamheidsdoelen van gemeente of provincies. In totaal heeft BNG Bank in de verslagperiode voor € 921 miljoen aan duurzame kredietverlening verstrekt.

Bestuurlijk belang

De gemeente Houten heeft in de aandeelhoudersvergadering één portefeuille-houder als vertegenwoordiger.

Financieel belang 2018

De bank is een structuurvennootschap. De Staat is houder van de helft van de aandelen, de andere helft is in handen van gemeenten, provincies en een waterschap. De gemeente heeft zeggenschap in de BNG via het stemrecht op de aandelen (één stem per aandeel van € 2,50). Houten bezit 6.240 van de 55,69 miljoen aandelen. Ieder jaar wordt door de bank een dividend uitge-keerd. BNG Bank heeft het dividendpercentage over 2018 verhoogd van 37,5% naar 50%. De dividenduitkering bedraagt voor Houten in 2019 € 17.784 op basis van het behaalde resultaat in 2018.

Eigen vermogen begin en einde boekjaar 2018

Begin boekjaar: €     4.687 miljoen
Einde boekjaar: €     4.991 miljoen

Vreemd vermogen begin en einde boekjaar 2018

Begin boekjaar: € 135.041 miljoen
Einde boekjaar: € 132.518 miljoen

Financieel resultaat 2018 (saldo van baten en lasten)

Nettowinst na belastingen van € 337 miljoen

Verwacht financieel resultaat 2019 (netto winst na belastingen)

BNG Bank publiceert geen begroting. De vooruitzichten voor 2019 zijn met meer dan normale onzekerheden omgeven. Daarom acht de bank het niet verantwoord een uitspraak te doen betreffende toekomstige resultaten.

Risico’s

De onzekerheden in de markt en de invoering van het schatkistbankieren kunnen van invloed zijn op de activiteiten van BNG Bank. Dit kan een negatief effect hebben op de winst met als gevolg een lagere dividenduitkering. Voor Houten is het maximale risico € 10.000 per jaar.

Overige relevante gegevens

Niet van toepassing.

Vestigingsplaats

Utrecht

Doel   

Vitens NV is een publiek (drink)waterbedrijf, waaronder begrepen de winning, productie, transport, verkoop en distributie van water, alsmede het verrichten van alles wat met de publieke watervoorziening verband houdt of daaraan bevorderlijk kan zijn. De aandelen van de NV zijn (in)direct in handen van provinciale en gemeentelijke overheden. Hierdoor kan toezicht gehouden worden op optimale belangenbehartiging voor deze overheden.

Programma   

Duurzame leefomgeving

Deelnemende partijen

Vitens NV, Amersfoort, Baarn, De Bilt, Bunnik, Bunschoten, Eemnes, Hilversum, Houten, Leusden, Wijdemeren, Lopik, Montfoort, Nieuwegein, Oudewater, Renswoude, Rhenen, De Ronde Venen, Scherpenzeel, Soest, Stichtse Vecht, Utrecht, Utrechtse Heuvelrug, Veenendaal, Wijk bij Duurstede, Woerden, Woudenberg, IJsselstein, Zeist, Almere, Lelystad, Dronten, Zeewolde en de Provincie Utrecht.

Openbaar belang dat wordt behartigd

Vitens is een publiek bedrijf. De aandeelhouders van Vitens – gemeenten en provincies – ondersteunen de maatschappelijke doelstellingen van Vitens, met (mede)verantwoordelijkheid voor gezondheid (door veilig en betrouwbaar drinkwater) en een duurzame samenleving met zorg voor de bescherming van natuur en milieu. Voor de aandeelhouders wil Vitens een financieel krachtig bedrijf zijn en een marktconform dividend uitkeren bij een gezonde solvabiliteit.

Ontwikkelingen 2018

Vitens heeft een meerjarenprogramma waarin het beleid ten aanzien van behoud van de kwaliteit van het product, de dienstverlening aan de klant maar ook mogelijke dreigingen (intern en extern) wordt weergegeven.
De ontwikkelingen voor 2018 zijn een voortzetting van dat beleid.

Beleidsverantwoording 2018

Onbekend. Volgt pas in het jaarverslag over 2018

Bestuurlijk belang

De gemeente Houten is via een afgevaardigde namens de oude Hydron Midden Nederland gemeenten vertegenwoordigd in de aandeelhouders-vergadering.

Financieel belang 2018

De gemeente Houten ontvangt dividend over aandelen die zij heeft in Vitens. Het dividend over het boekjaar wordt in het volgende boekjaar uitgekeerd.
Het dividend over 2017 bedroeg € 107.964

Eigen vermogen begin en einde boekjaar 2018

Begin boekjaar: € 533.700.000
Einde boekjaar: € 537.100.000 (schatting)

Vreemd vermogen begin en einde boekjaar 2018

Begin boekjaar: € 1.194.400.000
Einde boekjaar: € 1.240.000.000 (schatting)

Financieel resultaat 2018 (saldo van baten en lasten)

€ 20,5 miljoen (schatting)

Verwacht financieel resultaat  2019

€ 14,0 miljoen

Risico’s

Vitens is een gezond bedrijf dat oog heeft voor haar product, haar doelgroep en haar personeel. In haar beleid neemt ze afdoende maatregelen om problemen te voorkomen, voor te zijn. Hiermee verkleint Vitens mogelijke risico’s.

Overige relevante gegevens

Niet van toepassing.

Doel   

De U10-gemeenten willen de goede perspectieven van de regio Utrecht als ontmoetingsplek voor Gezond stedelijk leven koesteren, versterken en benutten.
Zij werken daarom op vrijwillige basis samen in U10-verband door gemeenschappelijke onderwerpen en belangen te verkennen en op basis hiervan gemeenschappelijke ambities te formuleren en activiteiten te ondernemen.

Programma   

Programma Samen leven
Programma Duurzame leefomgeving
Programma Goede bereikbaarheid

Deelnemende partijen

De gemeenten Bunnik, De Bilt, Houten, IJsselstein, Nieuwegein, Stichtse Vecht, Utrecht, Utrechtse Heuvelrug, Vianen, Wijk bij Duurstede, Woerden en Zeist vormen de U10-gemeenten.
De samenwerking werkt als een bestuurlijk netwerk en staat open voor andere gemeenten en overheden. Zij kunnen op basis van inhoud aanschuiven. Daarbij is het denkbaar dat zij een financiële bijdrage betalen, hetzij structureel, hetzij op projectbasis. Zo wordt op sommige onderdelen in U16-verband samengewerkt (energiestrategie en woningmarktregio).

Openbaar belang dat wordt behartigd

In regionaal verband wordt samengewerkt aan een gezonde, slimme en groene regio. Houten is onlosmakelijk onderdeel van de stedelijke regio Utrecht, als het gaat om wonen, verplaatsen, werken en leven. Daarom is het in het belang van Houten om in regionaal verband te werken aan een gezonde, slimme en groene regio. Dat gebeurt aan de volgende bestuurstafels in het bestuurlijk netwerk U10:

• Gezonde woon- en leefomgeving
• Economische positionering
• Klimaatneutrale regio
• Duurzame bereikbaarheid
• Gezonde en inclusieve regio

Daarnaast wordt samengewerkt in een drietal opgaveteams:

• Ruimtelijk-Economisch Programma (REP)

• Nieuwe verdienmodellen landelijk gebied
• Lobby en positionering

Ontwikkelingen 2018

De evaluatie van de U10-samenwerking in 2017 liet zien dat er meer slagkracht nodig is in de uitvoering van regionale projecten. In 2018 is gestart met de doorontwikkeling van het bestuurlijk en ambtelijk netwerk U10. De focus is verlegd van doelverkennend naar doelrealiserend. Daarom is er een nieuwe indeling van bestuurstafels gemaakt en zijn er opgaveteams opgericht. De verkiezingen in maart hebben gezorgd voor verschuivingen in voorzitterschappen van bestuurstafels. Daarbij is dit keer gekeken naar een meer gelijke verdeling over de U10-gemeenten. Houten is vice-voorzitter van de bestuurstafel Klimaatneutrale regio en bestuurlijk opdrachtgever van het REP. Daarnaast vertegenwoordigt de bestuurlijk opdrachtgever van het REP de U10 in de U-NED/BO MIRT gesprekken. In 2018 zijn vier onderzoeksrapporten afgerond die worden gebruikt als bouwstenen voor het Ruimtelijk-Economisch Programma (REP).

Beleidsverantwoording 2018

Het afgelopen jaar is aan de bestuurstafels en projectgroepen gewerkt aan de gezamenlijke opgave voor de U10-gemeenten. Deze opgave is beschreven in de koers “Ontmoetingsplaats voor gezond stedelijk leven”, die najaar 2017 / begin 2018 in alle twaalf gemeenteraden is behandeld. Enkele voorbeelden van activiteiten in 2018 staan hieronder. Een uitgebreid jaarverslag staat op de U10-website.

• Vier onderzoeksrapporten: locatiestudie woningbouw (opgave en potentie), rapporten over het economisch beeld van de regio, de knooppuntenstudie en tot slot de energieanalyse. Deze onderzoeken geven inzicht in de opgaves waar de regio voor staat. De inzichten worden gebruikt om te komen tot een REP en Regionale Energiestrategie (RES).
• Fietsvisie 2.0. Dit is een aanvulling op de fietsvisie uit 2013 van het Bestuur Regio Utrecht (BRU). De fietsvisie 2.0. formuleert de rol van de fiets in de regio en de doelen die de U10 zichzelf stelt als het gaat om toekomstige mobiliteit.
• Convenant detailhandelafspraken.
• Ruimtelijk Economische Strategie. In samenspraak met de regio’s heeft provincie Utrecht een ruimtelijke en economische visie en strategie gemaakt ter bevordering van de economische slagkracht en groei.
• U-Thuis (uitvoeringsprogramma energiebesparing/opwekking particulieren). In januari 2018 is platform ‘Jouw Huis Slimmer’ online. Hier kunnen inwoners terecht voor advies voor hun woning en hebben ze toegang tot (regionale) bedrijven die geadviseerde maatregelen kunnen uitvoeren.

Bestuurlijk belang

De U10 kent geen dagelijks of algemeen bestuur. Het betreft een ‘lichte’ samenwerking op basis van een bestuursconvenant.
Leden van het college nemen op basis van hun portefeuille deel aan de regionale bestuurstafels (zie opsomming hierboven).

Financieel belang 2018

Houten levert een structurele inwonerbijdrage van € 1,10 voor het bestuurs-convenant U10 en een structurele inwonerbijdrage van € 0,30 voor het bestuursconvenant Verkeer en vervoer.
Daarnaast levert Houten een structurele bijdrage van € 1,00 per inwoner voor het bestuursconvenant Economic Board Utrecht (EBU).
De totale financiële bijdrage bedroeg € 118.118 in 2018.

Risico’s

Overige relevante gegevens

www.utrecht10.nl

Afvalverwijdering Utrecht (AVU)

GGD Regio Utrecht (GGDrU)

Recreatieschap De Stichtse Groenlanden

Veiligheidsregio Utrecht (VRU)

Werk en Inkomen Lekstroom (WIL)

Regionaal Historisch Centrum Zuidoost Utrecht (RHC)

Regionale Uitvoeringsdienst regio Utrecht (RUD)

Belastingsamenwerking gemeenten en hoogheemraadschap Utrecht (BghU)

NV Bank Nederlandse Gemeenten

Vitens NV

U10