Deelprogramma | Inkomen | ||||||||||||
Het deelprogramma heeft een | positief | saldo van | € 768.316 | en wordt veroorzaakt door: | |||||||||
Producten | Lasten | Baten | |||||||||||
00.05.03 | Sociale basisvoorziening jeugd | € 11.680 | V | € 138.599 | V | ||||||||
00.05.04 | Informele ondersteuning | € 107.763 | V | € 0 | |||||||||
00.05.06 | Participatiewet algemeen | € 117.094 | V | € 0 | |||||||||
00.05.07 | Participatiewet inkomensdeel | € 240.258 | V | € 65.650 | N | ||||||||
00.05.08 | Armoedebeleid | € 184.748 | V | € 33.823 | V | ||||||||
TOTAAL | € 661.543 | V | € 106.772 | V | |||||||||
SALDO | € 768.316 | V |
00.05.03 Sociale basisvoorziening jeugd (€ 150.000 V)
De begroting 2018 is nog gebaseerd op de situatie van subsidiering van het peuterspeelzaalwerk van voor de harmonisatie kinderopvang/peuteropvang van 1 januari 2018. Voor de harmonisatie vergoedde de gemeente peuterspeelzaalwerk middels een jaarlijkse subsidie. Sinds de harmonisatie vallen werkende ouders onder de kinderopvangtoeslag van de belastingdienst. De overige ouders krijgen een tegemoetkoming van de gemeente. Het oude systeem was veel nadeliger. Dit leidt in 2018 tot een onderschrijding van € 152.000 V.
De nieuwe verdeelsystematiek van de OAB-gelden zal in de begroting 2020 e.v. worden opgenomen. Houten zal substantieel minder rijksinkomsten krijgen( overgangstermijn 3 jaar voor nieuwe verdeling). In 2020 regels tot de verplichte uitbreiding van het aantal uren VVE van 10,5 naar 16 uur, financiële consequenties worden voorlopig geschat op ca. € 110.000 tot € 140.000 per jaar.
Diverse kleine verschillen tellen op tot € 2.000 N.
00.05.04 Informele ondersteuning (€ 108.000 V)
Binnen het Programma Sociale Kracht zijn over de periode 2017 – 2019 verschillende projecten op het gebied van preventie voorzien. Een deel is niet zoals gepland in 2018 gestart, maar zal pas in 2019 starten (conform het werkplan 2019 Programma Sociale Kracht). Dit levert op het deelprogramma Inkomen voor 2018 een voordeel van € 99.000 op. Deze uitgaven worden bekostigd uit de bestemmingsreserve Programma Transities in Samenhang. Vandaar dat de onttrekking uit deze bestemmingsreserve in 2018 ook lager is uitgevallen. Deze onttrekking wordt verantwoord onder deelprogramma 'Programmabrede kosten'. Per saldo is dit effect dus budgettair neutraal.
Diverse kleine verschillen tellen op tot € 9.000 V.
00.05.06 Participatiewet algemeen (€ 117.000 V)
De uitvoeringskosten WIL zijn € 87.000 lager uitgevallen in 2018. Voornaamste reden is dat de WIL veel gebruik heeft gemaakt van inhuur derden; hierdoor krijgt Houten meer compensabele BTW over de uitvoeringskosten WIL vergoed dan waarmee in de begroting 2018 rekening was gehouden.
Diverse kleine verschillen tellen op tot € 30.000 V
00.05.07 Participatiewet inkomensdeel ( € 175.000 V)
Op basis van de prognose van het aantal bijstandgerechtigden (halfjaarcijfers 2018 WIL) is de begroting 2018 bijgesteld. In plaats van de verwachte stabilisatie op het niveau 2017 is er een lichte daling opgetreden, wat resulteerde in lagere uitkeringen (€ 173.000 V). De instroom daalt sneller dan de uitstroom.
De verstrekte uitkeringen en leningen bijzondere bijstand zelfstandigen zijn veel lager (€ 60.000 V) dan de prognose in halfjaarcijfers 2018 WIL. Deze prognose was in samenwerking met de gemeente Utrecht (uitvoerder van de regeling) bepaald. Men ging hierbij van ervaringscijfers uit, die door de betere economische situatie niet goed in te schatten waren.
Als gevolg van deze lagere uitkeringen en leningen is de uitkering van het Rijk (75% vergoeding) ook lager (€ 50.000 N). Dit wordt gedeeltelijk gecompenseerd door een afrekening vanuit het Rijk over 2015 en 2017 (€ 26.000 V).
Voor de debiteuren WIL moet aan het einde van het jaar de waardering van deze debiteuren bepaald worden. WIL bepaalt met behulp van betalingsgedrag de percentages onïnbaarheid. Dit levert een nadeel op van € 55.000.
Diverse kleine verschillen tellen op tot € 21.000 V.
00.05.08 Armoedebeleid (€ 218.000 V)
Het totale budget met betrekking tot armoede- en minimabeleid bedraagt ongeveer € 1,9 miljoen. Dit bestaat uit verschillende regelingen zoals: bijzondere bijstand, indirecte schoolkosten, individuele studietoeslag, individuele inkomenstoeslag, tegemoetkoming kosten kinderopvang, U-pas, de collectieve zorgverzekering voor minima, regeling tegemoetkoming chronisch zieken en gehandicapten en subsidies met betrekking tot: Stichting Leergeld Houten, Stichting Budgethulp Houten, Jeugdfonds Sport & Cultuur en SUN Lekstroom. In dit brede vlak is zo'n € 80.000 niet benut in 2018. Deze gelden kunnen echter (deels) dekking geven aan de tekorten op kinderopvang en de U-pas. Over 2018 zijn deze tekorten nu via de bestuursrapportage al eerder gedekt uit de algemene middelen.
Ten behoeve van de prognoses 2018 in de tussentijdse rapportages werd er door WIL ook gekeken naar de cijfers uit voorgaande jaren. Op basis daarvan werd een forse aanname gedaan voor bijzondere bijstand statushouders. Aangezien Houten in 2018 bijna geen statushouders gehuisvest heeft, de taakstelling was namelijk in 2017 al bereikt, is op dit budget een voordeel van € 140.000 ontstaan.
De overige verschillen tellen op tot € 2.000 N.